Dagboekfragment 7-7
Het is zondag (op het moment dat ik dit met de hand schreef toch). Deze week is mijn zoon niet bij mij. Hij is er een week wel, een week niet. De zon die in de voormiddag nog scheen, maakt langzaam plaats voor grijze wolken waardoor de temperatuur met enkele graden daalt.
Tegen de middag is mijn pijn draaglijk: 4/10. En eindelijk eens geen hoofdpijn bovenop de chronische blaas- en zenuwpijn. Ik zal kunnen fietsen vandaag!
Omdat ik door de Tarlov-cystes sneller last krijg van hevige zadelpijn, heb ik een tijd geleden een comfortgel-zadelkussen gekocht. Ik heb nog steeds blaas- en zadelpijn tijdens het fietsen maar richt mijn aandacht op de omgeving. Ik ben met mijn aandacht bij wat ik zie, wat ik hoor, wat ik ruik. Het is een bewuste keuze.
Terwijl ik fiets, vind ik het interessant om de affiches aan ramen van voorgevels te bekijken. Veel mensen laten aan voorbijgangers weten dat ze de bevrijding van Gaza in Palestina willen. Mijn hart gaat uit naar alle slachtoffers van zinloos oorlogsgeweld. Ik ben vooral vóór vrede.
Achter sommige gevels speelt een scout, achter andere woont een trotse KSA-er. Chiroleden lopen blijkbaar minder te koop met hun lidmaatschap, óf er wonen er geen in mijn buurt.
In het centrum zijn de Gentse feesten in opbouw. Het is er druk, voor een zondag. Ik heb altijd erg gehouden van het bruisende stadsleven (en in een ver verleden ook van het bruisende nachtleven), maar vandaag staat het mij tegen. Ik snak naar rust, stilte en natuur. Ik fiets onder de Stadshal door richting Korenmarkt en baan me een weg langs de shoppende mensenmenigte. Het is blijkbaar koopzondag vandaag. Vandaar de drukte.
Rust daalt over me neer wanneer ik het centrum achter me kan laten en in rustiger vaarwater terecht kom. Langs de binnenwateren fiets ik richting Blaarmeersen. Woonboten, plezierboten, kajakken, ecologisch drijvende vlotten varen op de Leie naast me.
De pijnlijke druk op mijn blaas stijgt met iedere trap.
'Blijven bewegen,' hebben al veel dokters tegen me gezegd. Ooit las ik een artikel van een arts die beweerde dat chronische pijn een levensstijlprobleem is. Ik ga daar niet mee akkoord en vind het een vorm van victim blaming. Er zijn natuurlijk verschillende vormen van pijn en in enkele gevallen zal er misschien wel sprake zijn van een levensstijlprobleem. Maar vaak is het eerder omgekeerd. Chronische pijn dwingt je om jouw levensstijl aan te passen. Heb je daar als lezer een andere mening over? Dan hoor ik die graag.
Ik parkeer mijn fiets in een fietsenrek aan de Blaarmeersen en wandel om het beruchte hek heen naar het strandgebouw met toiletten. Jammer dat een hek rond de strandzone nodig is om de veiligheid van de bezoekers te garanderen. Toiletstop nummer één is al snel een feit.
Ik wandel terug langs het hek rondom het kinderstrand met als doel een rondje om het meer. Mijn blaas kan het meestal net één rondje volhouden, maar de pijn is nooit weg. De app "Obsidentify" helpt me met het identificeren van plantensoorten aan de rand van het water. De oevers van de Blaarmeersen worden geflankeerd door de statige Grote kaardenbol, rooskleurig Koninginnekruid en geel Gewoon jakobskruiskruid. Met een pijn-niveau van 3 op 10 kan ik genieten van de wandeling en het uitzicht, kan ik de glimlach of goeiedag van een voorbijganger vriendelijk beantwoorden. Geen gevaarlijke types te bespeuren hier vandaag.
De speeltuin is al gedeeltelijk afgebroken want er komt een nieuwe. Naast die speeltuin wordt een houtbegaafd gebouw opgetrokken. Ik ben benieuwd naar hoe het er allemaal zal uitzien als het af is.
Ik wandel verder langs het smalle paadje aan het water, voorbij een grasveld. In mijn studententijd kwamen we hier zonnen. We gingen ook pootje baden of zwemmen aan deze kant van het meer hoewel zwemmen in deze zone eigenlijk verboden is. In die tijd was ik nog gezond en was het geen probleem om geen toiletten in de buurt te hebben.
Er beginnen voorzichtig wat druppels uit de hemel te vallen. Ze maken kringetjes op het water en spetteren speels omhoog na hun val. Ik heb een regenjas aan en zet mijn kap op, wandel verder langs de platformen voor vissers (of voor picknickers of verliefde koppels). Duiven koeren. Tussen melodieus vogelgekwetter krast een kraai hees zijn kreet.
De natuur en de vriendelijke begroetingen van voorbijgangers laden me op, ondanks het feit dat mijn linker hiel aanvoelt als een blauwe plek en mijn ogen steeds harder branden. Om de drie maanden moet ik in het ziekenhuis autoloog serum laten maken om in mijn ogen te druppelen. Ik heb mijn oogdruppels niet bij omdat ik ze in een koeltas moet bewaren (en omdat ze toch niet echt goed helpen tegen de brandende pijn). Dat is altijd zo'n gedoe.
Voor ik terug op mijn fiets spring, maak ik noodgedwongen eerst weer nog even een toiletstop. Na het toiletbezoek heb ik onmiddellijk terug het gevoel dringend te moeten plassen. Zo is het al ongeveer 20 jaar. Ik word het niet gewoon.
Het begint harder te regenen terwijl ik aan het fietsen ben. Onder een grote loofboom aan de rand van de Leie trek ik mijn regenbroek aan. Even later laat een jongeman met Sint-Bernardshond me beleefd voor zodat ik het fietspad onder de brug door kan volgen.
Huiswaarts fiets ik langs de Reep en de beminnelijke jachthaven van Portus Ganda, waar Leie en Schelde samenvloeien, om de stadsdrukte te vermijden.
Thuis staat mijn hongerige kat Oscar me aan de deur op te wachten. Met mijn regenbroek nog aan verlos ik hem met een zakje eten uit zijn lijden.
Op televisie zie ik hoe tennisspeler Dimitrov op Wimbledon al in de eerste set forfait moet geven omdat hij door zijn knie ging bij het terugspelen van de bal. Ik hoop voor hem dat zijn kniepijn niet chronisch wordt, dat er voor zíjn probleem wel een adequate behandeling bestaat. Op Canvas pik ik later ook nog een graantje Werchter-sfeer mee.
Ik ben dankbaar voor deze dag met draaglijke pijn. Zulke dagen zijn dun gezaaid. Je zou verwachten dat ik na zo'n dag slaap als een roosje. Helaas is niets minder waar. Vier keer word ik wakker 's nachts, van de pijn.
Maar de volgende dag sta ik op en doe ik wat gedaan moet worden.
Comments