Leven met cpps, Tarlov-cystes en dvn
Dagboekfragmenten
Laatste Berichten
Wat is chronisch blaaspijnsyndroom?
Symptomen
De voornaamste kenmerken van blaaspijnsyndroom lijken op die van een blaasontsteking:
-
Gevoel van een volle blaas
-
Vaak plassen
-
Pijn in de onderbuik, vaak beter na plassen
-
Soms bloed in de urine
In tegenstelling tot bij een blaasontsteking, is de oorzaak bij het blaaspijnsyndroom geen bacteriële infectie. Klachten zijn meestal ook voor een veel langere tijd aanwezig. De precieze oorzaak is niet gekend. (bron: website UZ Leuven)
​
In mijn geval is de oorzaak van de chronische blaaspijn wel gekend. Zowel symptomatische Tarlov-cystes (vastgesteld via MRI) als idiopathische dunne vezelneuropathie (vastgesteld via huidbiopsie) vormen bij mij een oorzaak van de chronische blaaspijn.
​
​
Wat zijn Tarlov-cystes?
Tarlov cyste
Tarlov cysten zijn geclassificeerd als type II meningeale cysten, volgens de criteria voor meningeale cysten van Nabors. Deze cysten kunnen overal ontstaan in de wervelkolom maar zijn meest aanwezig ter hoogte van het heiligbeen. Tarlov cysten zijn te onderscheiden van andere meningeale cysten doordat ze altijd zenuwvezels bevatten.
Ongeveer 25% van de Tarlov cysten is op het moment van ontdekking symptomatisch maar asymptomatische Tarlov cysten kunnen later in het leven ook symptomatisch worden.
Op grond van gegevens uit de medische literatuur worden deze cysten vermoedelijk jaarlijks bij zo’n 2.000-2.500 mensen vastgesteld. Tijdens een review van 197 MRI’s van patiënten (180 vrouwen, 17 mannen)
gediagnosticeerd met fibromyalgie en/of chronisch vermoeidheidssyndroom werd in 39% (75 vrouwen, 2 mannen) Tarlov cysten gevonden met een gemiddelde grootte van 11,8 mm (range 5-30 mm) en significant groter in patiënten ouder dan 50 jaar.
Veel medici zien de Tarlov cysten als een ‘normaal variant’, echter zijn ze het resultaat van een langdurig pathofysiologisch proces van een verstoorde / verhoogde spinale CSF-flow, een aanhoudende ziekte.
(prof.dr. J.P Warnke – paincast special Tarlov cysts and pain).
Oorzaak
Tarlov cysten ontstaan als gevolg van een ophoping van hersenvocht.
Symptomatische Tarlov cysten veroorzaken pijn en neurologische symptomen.
​
Bron: www.sosnl.nl
​
Verband Tarlov-cysten en dunne vezelneuropathie
Bij patiënten met Tarlov-cysten komt in 85% van de gevallen ook dunne vezelneuropathie voor.
​
www.overdruksyndroom.be (vzw OSTC)
​
Wat is idiopathische dunne vezelneuropathie?
Dunnevezelneuropathie (DVN) is een aandoening waarbij de dunste zenuwvezels in het lichaam zijn beschadigd en daardoor niet goed functioneren. De dunne zenuwvezels zijn de eindtakjes van de zenuwen die overal in het lichaam vlak onder de huid zitten en zorgen voor het voelen van pijn en temperatuur. Daarnaast verbinden de dunne zenuwvezels de hersenen en verschillende organen met elkaar. Hierdoor zijn ze ook verantwoordelijk voor de zogenoemde autonome functies: lichaamsfuncties die plaatsvinden buiten het bewustzijn om zoals de regeling van de bloeddruk, de werking van maag en darmen en het zweten. Er zijn twee soorten dunne zenuwvezels: de A-delta(Aδ)-vezels en C-vezels.
​
DVN is een neuromusculaire aandoening. Neuromusculaire aandoeningen is de verzamelnaam voor een grote groep aandoeningen van de zenuwen, de spieren of de overgang tussen zenuwen en spieren. In de volksmond worden al deze aandoeningen ‘spierziekten’ genoemd. Dit leidt soms tot verwarring omdat bij DVN de aansturing van de spieren niet verstoord is. Dit komt doordat dunne zenuwvezels niet betrokken zijn bij het aansturen van de spieren.
​
Bepaalde aandoeningen komen bij patiënten met DVN vaker voor dan bij andere mensen. Waarschijnlijk spelen deze aandoeningen een rol bij het ontstaan van de zenuwbeschadiging. De exacte mechanismen die tot de zenuwbeschadiging leiden, zijn echter vaak niet bekend.
​
Omdat bij het ontstaan van DVN zo’n andere aandoening of een ander probleem een rol kan spelen, is het belangrijk dat deze ‘onderliggende’ factor eerst wordt opgespoord en zo mogelijk wordt behandeld of weggenomen.
-
DVN komt het meest voor in combinatie met diabetes mellitus (suikerziekte). Andere factoren die een rol kunnen spelen bij DVN zijn aandoeningen van het afweersysteem zoals schildklierafwijkingen of coeliakie, een tekort aan vitamine B12 of gebruik van schadelijke stoffen zoals alcohol of chemotherapie.
-
Bij ongeveer de helft van de patiënten met DVN wordt geen onderliggende factor gevonden. Deze vorm van DVN wordt idiopathische DVN genoemd: DVN met onbekende oorzaak.
-
​
Erfelijkheid kan een rol spelen bij het ontstaan van DVN, zowel bij patiënten met als bij patiënten zonder bekende onderliggende factor voor de ziekte. In bepaalde stukjes erfelijk materiaal (genen) ligt de informatie opgeslagen van de zoutkanalen (natriumkanalen) die verantwoordelijk zijn voor de prikkeloverdracht in de dunne zenuwvezels. Ongeveer 15% van de patiënten met DVN heeft een afwijking (mutatie) in deze genen, waardoor de natriumkanalen te actief zijn en signalen doorgeven aan de hersenen zonder dat er een pijnprikkel is geweest. Ook kunnen door ontregeling van de natriumkanalen klachten van het autonome zenuwstelsel ontstaan.
​
Bloginhoud
Inhoud:
- dagboekfragmenten